Ed Vonk is sinds kort directeur-af bij Huygen. Na 27 jaar vond hij het tijd om het stokje over te dragen aan nieuwe mensen met een frisse blik. Nu houdt hij zich vooral bezig met het coördineren van grote projecten en het adviseren over gebouwinstallaties, duurzaamheid en comfort, terwijl de balans van werk wat meer naar privé is gekanteld. In dit interview blikt Ed terug op zijn loopbaan tot nu toe, die hem van de hts naar de Huygen-directie bracht.

Werkplezier gezocht en gevonden

Ed volgde een opleiding werktuigbouwkunde aan de hts. “Eigenlijk ben ik min of meer per ongeluk in de installatietechniek gerold. Tijdens mijn studie heb ik stage gelopen bij een installateur en ventilatorenleverancier. Zo ben ik in de sector terechtgekomen.”

Na het afstuderen solliciteerde Ed voor een vacature van projectleider bij een installateur. Zijn nieuwe werkgever kon die ambitie wel waarderen, al begon hij wel onderaan de ladder. Na drie jaar vooral in AutoCAD werken en een incidenteel klein projectje, begon het toch weer te kriebelen. In 1993 kwam toen Bouwcentrum op zijn pad.

“Het Bouwcentrum had ook een adviestak met projectmanagement, een onderzoekstak en een tak die zich bezig hield met klachten en gebreken. Die zochten een junior om te helpen – dat werd ik dus. Het was leuk en divers werk, waarin ik allerlei mensen heb leren kennen en veel heb geleerd.” Toen Bouwcentrum samenging met PRC ontstond een andere cultuur binnen het bedrijf, vertelt Ed, die hem niet zo lag. Een advertentie in Intermediair trok zijn aandacht: een adviesbureau uit Zuid-Limburg zocht een vestigingsleider in Rotterdam.

“Ik was toen 32 en had in mijn middelbare schooltijd negen jaar in Zuid-Limburg gewoond – dus ik versta de taal en had wel oren naar meer diepgang in de installatietechniek. Onder het motto ‘ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk dat ik het wel kan’ heb ik gesolliciteerd en ben aangenomen.”

Zo begon Ed in 1998 in zijn eentje in Rotterdam, toen nog onder de paraplu van Cauberg Huygen. “Vier jaar later waren we met z’n tienen op wat nu de vestiging Huygen Midden is.” Bij Huygen trof Ed de sfeer waar hij naar op zoek was. “Er is echt een familiecultuur, waarin samenwerken en elkaar helpen heel belangrijk is. In die tijd heb ik ook Corné Gilissen en Gerard Janssen leren kennen, die ook nog steeds bij de club zijn.”

Een veilige en prettige werkomgeving

Eds missie bij Huygen was om een veilige omgeving te creëren waarin mensen beter konden worden in hun werk. “Techneuten zijn mensen die je met liefde moet behandelen. Als je dat doet, komt er heel veel uit.”

Die benadering bleek succesvol, want veel mensen van het eerste uur werken nog steeds bij Huygen. “Fabio Mattana was de eerste werknemer die ik aannam – die heeft zich ontwikkeld van tekenaar tot adviseur. Mike Molhoek en William van Kooten, beide inmiddels vestigingsleider, zijn ook voorbeelden van mensen die lang bij Huygen zijn blijven werken. Dat zegt iets over de cultuur: we hebben een veilige en prettige werkomgeving, waar mensen graag blijven.”

Elkaar helpen staat centraal bij Huygen. Ed heeft daar ook nog een stuk zakelijkheid aan toegevoegd. “Uiteindelijk gaat het ook om tijd en geld. De focus ligt echter op klanttevredenheid. Maar het begint bij de tevredenheid van de collega’s. Dat is de basis van het succes van Huygen. Met het MT zijn we gaan bouwen aan een organisatie die de markt steeds beter tegemoet kon treden. Zo hebben we steeds ingewikkeldere projecten gekregen.”

Mooie projecten voor vaste klanten

Ed noemt een aantal van die projecten waar hij trots op is: “In 2000 het hoofdkantoor van De Telegraaf, met Gerard Janssen hebben we aan diverse ziekenhuizen gewerkt, het ss Rotterdam en het WTC in Utrecht en diverse grote woningbouwprojecten, waaronder Leidsche Rijn Centrum.”

Mooie projecten, dankzij de grote schare vaste klanten die Ed en zijn collega’s opbouwden. “Dat hebben we er echt ingebracht: werk uit werk, stabiliteit halen uit de relatie. In dat streven naar tevreden klanten wilden we altijd de medewerkers tevreden houden en tegelijk zorgen dat er wel geld werd verdiend. Die balans hebben we als directie gevonden.”

Ed wijst daarbij op de chemie tussen de beschouwende Corné, de doelgerichte Gerard en de waarmaker Ed. “Die balans hebben we ook gezocht bij mensen die we het MT in hebben getrokken – ook daar zie je die balans terugkomen. Uiterst waardevol om die verschillende invalshoeken te hebben als onderneming.”

Bewuste keuzes maken

Huygen heeft in de loop de jaren best wat crises het hoofd moeten bieden. “In 2000 kregen we de IT-crisis en later de vastgoedcrisis, met als dieptepunt 2013. Toen viel ook onze ‘moeder’ Cauberg Huygen om. Dat was best ingewikkeld, maar Corné, Gerard en ik hebben toen de moed gehad om samen de handschoen op te pakken.”

Dat leidde in 2017 tot de vraag: hoe gaan we verder. “Met directie, MT en adviseurs moesten we bedenken hoe we genoeg konden gaan verdienen voor onze gewerkte uren. Daar zijn toen drie speerpunten uit gekomen. Ten eerste moet je kiezen wat je niet doet. Bewust nadenken over welke projecten je aanneemt in plaats van overal achteraan te rennen.”

Daarnaast werd de ‘remweg’ verkort van projecten die uit de hand dreigden te lopen. “We trekken eerder aan de handrem bij een problematisch project. Daar zijn we streng in, want we moeten we een nette marge hebben om als bedrijf continuïteit te borgen.”

Ten derde is de acquisitie anders aangepakt. “We hebben opdrachtgevers gevraagd hoe ze bij ons terecht kwamen. Dat was eigenlijk ontluisterend simpel: ze hadden eerder met ons gewerkt, dat was goed bevallen en zo kwamen we op een ’lijstje’. Maakte iemand van zo’n opdrachtgever dan de overstap naar een ander bedrijf, dan kwamen we ook daar op een lijstje. We hebben daarom ook grotendeels afscheid genomen van tenders – de scoringskans daar ligt namelijk laag voor de moeite die erin gaat zitten. Ook binnen Oosterhoff is dat besef gegroeid: als je toch meedoet aan een tender, moet je van tevoren heel goed sturen op de samenstelling van de groep en de te maken keuzes. En pas instappen als je de kans aanvaardbaar hoog hebt gemaakt.”

Grote, integrale projecten

De samenwerking binnen Oosterhoff biedt voor Huygen een kans om meer aan grotere, toonaangevende projecten te werken, vertelt Ed, waarin meer integraal wordt gedacht. “Het gaat niet enkel om techniek, maar vooral om het creëren van een comfortabele leefomgeving voor de mens. Daar ligt wel een belangrijke opgave: we willen binnen Oosterhoff werken aan grote, integrale projecten, maar tegelijk de balans houden met onze eigen monodisciplinaire projecten. Daarom zijn we ook steeds op zoek naar nieuwe collega’s die met ons aan leuke projecten willen werken in een fijne sfeer.”

Die aanwas van nieuwe mensen is niet vanzelfsprekend, maar het kan wel. “We kwamen erachter dat we via stageplaatsen en afstudeerplekken snel goede mensen vanuit hbo-opleidingen konden leren kennen. Vaak is die kennismaking met het bedrijf zo succesvol dat mensen langer willen blijven.”

Nieuwe mensen, frisse blik

Ook binnen de directie van Huygen is het dus tijd voor nieuwe mensen. “Een jaar of vijf geleden begonnen Corné, Gerard en ik na te denken over opvolging. Ik stond sinds mijn 32^e aan het roer en wilde niet het risico lopen om ‘vast te roesten’.”

Reinier IJntema maakte de overstap van bbn adviseurs naar Huygen om het stokje van operationeel directeur over te nemen van Ed, terwijl voor Corné een opvolger in eigen gelederen werd gevonden: Remco van der Vliet. “Remco en Reinier kijken met een heerlijke frisse blik naar Huygen. Sinds het vorige ijkpunt in 2017 zijn we weer acht jaar verder, een mooi moment om de bakens te verzetten – maar gelukkig niet radicaal: we zijn niet van de revolutie maar meer van de evolutie.”

Ed kreeg vanuit de Oosterhoff de kans om zijn kennis, kunde en ervaring in te zetten bij het leiden van grote projecten zoals het Paleis van Justitie in Den Haag. “In die functie heb ik ook meteen een wat betere balans tussen werk en privé. Ik heb 27 jaar lang met veel plezier mijn ziel en zaligheid in Huygen gelegd. Nu kan ik in een andere rol nog steeds van waarde zijn voor Huygen én Oosterhoff, terwijl een nieuwe generatie het bedrijf verder leidt.”